20 december 2021
In september 2021 ging de IIS-Honoursmodule From Fact-Checking to Argument-Checking, ontwikkeld door dr. Jean Wagemans en dr. Federica Russo, van start. Een bijzonder, maatschappelijk relevant én interactief vak over nepnieuws en desinformatie. Wagemans vertelt de aanleiding voor het ontwikkelen van deze module: "We leven in het informatietijdperk: ieder van ons wordt dagelijks geconfronteerd met enorme hoeveelheden informatie. Zowel de kwantiteit als de kwaliteit van die
(online) informatie levert problemen op. Er is te veel, en het groeit te snel. Het is niet verwonderlijk dat des-
informatie en misinformatie zich zo snel verspreiden."
Russo vult aan: "Daarom hebben we instrumenten nodig om zelf te kunnen beslissen over de kwaliteit van die informatie. Wat en wie moeten we geloven, en waarom? We hebben ook instrumenten nodig om daarbuiten te opereren, om argumenten te kunnen analyseren en te evalueren, en om handvatten te ontwikkelen om op 'slechte' argumenten te kunnen reageren. Er wordt al wel veel gedaan aan fact-checking, maar wij vinden dat we meer aandacht moeten besteden aan argument-checking, aangezien in veel soorten discours feitelijke informatie is ingebed in argumentatie."
Waarom verspreidt verkeerde informatie zich zo snel? Wat betekent het om argumenten te controleren? En hoe kan dit in verschillende contexten, zoals in de journalistiek, op sociale media en in wetenschappelijke publicaties? Welke 'ethiek van argumentatie' zouden we moeten hanteren?
Met behulp van instrumenten die gebaseerd zijn op wetenschappelijke literatuur, waaronder de theorie van het Periodiek Systeem der Argumenten, analyseerden en evalueerden de studenten verschillende argumentatieve teksten die zij "in het wild" aantroffen.
Ze verwoordden hun gedachten over de ethische aspecten van argumentatie, selecteerden argumentatieve teksten van hun eigen interessegebied, ontwikkelden vaardigheden in argument-checking en voerden veel kleine opdrachten uit over het materiaal. Daarnaast produceerden ze zelf een argumentatieve tekst en schreven ze een reflectie over de ethische grenzen van deze oefening.
Russo: "Er werden ook twee hybride panelgesprekken georganiseerd met deskundigen op dit gebied, die door onze studenten werden geïnterviewd. Het ene panel ging over de vooruitzichten van het automatiseren van de analyse en evaluatie van argumenten, met als centrale vraag of het mogelijk en wenselijk is om kunstmatige intelligentie bij het proces van argument-checking te betrekken. Het andere panel richtte zich op de maatschappelijke relevantie van argument-checking, en wat een maatschappelijke ondernemer daarmee zou kunnen doen."
Wagemans: "De twee panels gaven inzicht in hoe snel de argumentatietechnologie zich ontwikkelt, bijvoorbeeld met chatbots, besluitvormingsinstrumenten en andere kunstmatige intelligentie die worden ingezet om overtuigingen en gedrag te veranderen. En ook van de wenselijkheid of ethische dimensie van deze ontwikkelingen, inclusief hoe dit van belang kan zijn voor maatschappelijke ondernemers."
Studenten deden zelfreflectieoefeningen, waarin de diepgang van hun denken en hun vermogen om kritisch te zijn ten opzichte van hun eigen argumentatieve praktijk werd geëvalueerd. Ook voerden zij een reeks opdrachten uit, gericht op het verbeteren van hun vaardigheden in verschillende aspecten van argument-checking. Russo: "We hebben een pre-test en een post-test gedaan, die niet meetellen voor het eindcijfer van de studenten, om onze aanpak van argument-checking te testen. We hebben de resultaten nog niet, maar als we ons werk goed hebben gedaan, zouden de studenten inderdaad beter moeten zijn in de post-test!"
De resultaten van de portfolio's van de studenten waren zelfs beter dan verwacht. De studenten pikten de theoretische inzichten en het niveau van reflectie snel op en waren ook in staat ze toe te passen op argumentatie in het echte leven in verschillende contexten. Wagemans: "Het ging veel verder dan de doelen die we aan het begin hadden gesteld. Uit hun reflecties in het portfolio blijkt dat de studenten meer bewust zijn geworden van het feit dat veel vormen van communicatie argumentatief zijn, in die zin dat ze gericht zijn op het veranderen van je mening of gedrag."
Russo: "De studenten waren erg open en leergierig. Het was geweldig om deze cursus samen te stellen vanuit onze verschillende disciplinaire achtergronden, omdat we de studenten konden laten zien hoe een reflectie over technologie en media een argumentatietheorie en vaardigheden in kritisch denken en argument-checking nodig heeft."
De kunst van het argumenteren is buitengewoon waardevol. Ik denk dat we dat nodig hebben voor onze samenleving en voor onze toekomst, met de grote uitdagingen die we hebben op allerlei vlakken, de verschillende opvattingen in verschillende gemeenschappen en de soms ook heel ruwe debatten die niet gebaseerd zijn op wetenschappelijke informatie.prof. dr. Karen Maex, rector magnificus van de UvA
De IIS-honoursmodule From Fact-Checking to Argument-Checking is ontwikkeld door dr. Jean Wagemans, coördinator van de onderzoeksgroep Language and Cognition in Argumentation (LANCAR) aan het ACLC, en dr. Federica Russo, onderzoeker aan het ILLC en geaffilieerd onderzoeker aan LANCAR. De module is gebaseerd op inzichten uit hun onderzoeksproject over Argument-Checking, dat wil bijdragen aan de verbetering van retorische geletterdheid en kritische denkvaardigheid, door procedures te ontwikkelen voor het beoordelen en produceren van argumenten die zijn ingebed in een ethisch kader voor argumentatie.